De toekomst van waterstof in Sluiskil
Yara Sluiskil is de grootste productielocatie van waterstof in Nederland en Europa. Vanaf 1929 tot de jaren ’60 van de vorige eeuw werd waterstof ingenomen dat bestond uit restgassen van de naastgelegen cokesfabriek. Dat werd zwarte of bruine waterstof genoemd met als basis steenkool. De restgassen van de cokesproductie bevatten 60% waterstof en waren een goed bruikbare grondstof voor de kunstmestproductie. Later werd overgestapt op het veel schonere Slochterengas en water als twee grondstoffen voor stoomkraken om het kleinste element van het periodiek systeem te maken. Eind jaren ‘90 schakelde Yara over op het hoogcalorische Noorse en Engelse gas vanuit Zeebrugge, waar later een LNG terminal bijkwam om vloeibaar gas uit de hele wereld te ontvangen. In september 2022 sloot Yara de laagcalorische (Groningen) gas toevoer waardoor alleen nog hoogcalorisch gas vanuit zowel het noorden alsook Zeebrugge wordt ingenomen.
Het moederbedrijf van Yara, toen nog onder de naam Norsk Hydro, produceerde decennialang grootschalig waterstof in Noorwegen door water te splitsen met behulp van elektrolyse. De benodigde energie hiervoor werd geleverd door waterkrachtcentrales. De waterstof die zo gemaakt werd heet tegenwoordige groene waterstof, maar werd door Yara al meer dan 50 jaar geleden op grote schaal gemaakt. Andere opties zijn bijvoorbeeld waterstof uit nucleaire energie voor elektrolyse of pyrolyse van afvalstoffen, die worden in de waterstof kleurenwaaier respectievelijk als roze en turquoise gekwalificeerd. Uiteindelijk is het allemaal H2; het kleinste molecuul dat we kennen in de chemie en dat essentieel is voor talloze toepassingen die we allemaal dagelijks gebruiken.